Waar kun je dan beter starten, dan terug te gaan naar ‘genius loci’? Wat maakte deze plek bijzonder? Deze in onze ogen groene omgeving waar Louisiana staat, is een gebied dat al eeuwen door mensen is gevormd. Als gevolg van de oorlogen - tussen medio 17e tot begin 18e eeuw met de Zweden en de Britten - werd het landschap bij de plaats Humlebæck voorzien van verdedigingswerken. Nadat de dreiging was afgenomen, werd het land door bosbouwer en voormalige soldaat Alexander Brun (1814-1893) onder handen genomen. Hij stichtte het landgoed Louisiana. Humlebæck was een klein vissersplaatsje aan het einde van de beek tussen het hoger gelegen land en de Øresund (bæck=beek). Øresund is de zeestraat tussen Denemarken en Zweden en geeft toegang tot de Baltische Zee. In 1810 gaf koning Frederik VI opdracht om een haven te bouwen in Humlebæck. Een Duitse luitenant-kolonel, tevens ingenieur, ontwierp een commerciële haven voor de vissersboten met een nauw kanaal naar een binnenbassin aan weerszijden van de beek. In de bassins was plaats voor 100 kanoneerboten. De koning kocht het land van grootvader Constantin Brun, een welvarende handelsman, rijk geworden met de handel en de neutrale positie die Denemarken innam tijdens de oorlogen. Het bassin werd uiteindelijk Humlebæckmeer. De aarde die was uitgegraven werd aan de zuidzijde gelegd waardoor een vestingwal ontstond. Toen de haven in 1814 nagenoeg klaar was, was de oorlog over. Wat men achterliet was een meer en een haven. Uiteindelijk was het de kleinzoon van de oud-eigenaar, de eerder genoemde Alexander Bun, die het land zou cultiveren en restaureren. Hij vernoemde het landgoed naar zijn vrouw, Louisiana. Zijn eerste huwelijk was met Sophie Louise Alice Tutein (1989-1899) en hield maar vijfentwintig dagen stand. Zijn tweede vrouw was Louise Penelope Webb (1830-1855) en zij waren getrouwd op het moment dat hij samen met zijn vader het land van de koning probeerde terug te kopen. Dat huwelijk eindigde toen Louise in het kraambed overleed, zwanger van hun eerste dochter. In 1858 trouwt hij voor de derde keer en wel met Louise Wolff (1835-1926) en zij krijgen vier kinderen.